Thema: Uitvaart en religie en cultuur

Joodse uitvaarten in Nederland

Joodse uitvaarten, wat moet je weten?

Binnen het Jodendom zijn twee stromen vertegenwoordigd in Nederland: de orthodoxe en de progressieve stroming.
De Joodse gemeenschap in Nederland bestaat uit ongeveer 30 duizend mensen.

Cremeren of begraven?

Voor orthodoxe joden is cremeren niet toegestaan. Zij geloven namelijk in de wederopstanding van de doden. Liberale joden geloven in het eeuwige leven van de ziel. In dat opzicht is cremeren niet aan de orde.Joodse tradities

Enkele richtlijnen

  • Geen rouwkaarten: men informeert elkaar mondeling of plaatst een rouwbericht geplaatst in een dagblad.
  • Over het algemeen is er geen rouwbezoek.
  • Aanwezig zijn is belangrijker dan iets doen.
  • Zelf iets zeggen voordat de rouwende iets zegt, is niet gepast.
  • Wanneer je een rouwhuis binnengaat en daar enige tijd zit (zonder te spreken) ervaart men dit als troostend .
  • De behoefte van de rouwende staat voorop.
  • Tijdens de Sjiwwe -, rouwweek, zijn er iedere avond mensen om de rouwenden te troosten. Ook bieden zij een maaltijd van brood en ei aan.

Na het overlijden

  • Elke Joodse gemeente kent een heren- en damesgenootschap om de overledene te verzorgen.
  • Direct na het overlijden bedekt men het gezicht van de overledene met een laken om hem of haar aan het oog van de wereld te onttrekken. Het gezicht van de overledene is vanaf dat moment ook niet meer zichtbaar voor de direct nabestaanden.
  • Van het moment van sterven tot aan de begrafenis brandt er voor de zielenrust van de overledene een licht. Ook bedekt men alle spiegels in huis en eet men geen vlees en drinkt geen wijn.

Wassing

  • Volgens het joodse geloof is het lichaam van de overledene onrein en dient men het lichaam ritueel te wassen.
  • Vrouwen wassen een vrouw en mannen de man.
  • Deze wassing (taheera) gebeurt in het metaheerhuis, een ruimte bij een synagoge of een begraafplaats.
  • Men leidt de wassing in met een gebed. Verder gebeurt alles in respectvolle stilte.
  • Na de rituele wassing droogt men het lichaam af onder de lakens en kleedt men de overledene daarna aan met een eenvoudig doodskleed (tarchichien) van wit katoen. Het gezicht blijft bedekt.
  • Men legt de overledene in een eenvoudige houten kist zonder metalen knoppen en hengsels.
  • Een mannelijke overledene krijgt een gebedsmantel (talliet) om zijn schouders gelegd.
  • Voor veel Joden is de band met het beloofde land sterk. Om deze band levend te houden legt men vaak een zakje met aarde uit Israel in de kist.
  • Na het sluiten van de kist legt men een zwarte doek met daarop de Davidster, het symbool van het Jodendom, over de kist.

De uitvaart

Na de rituele wassing is er de uitvaartplechtigheid.

  • De uitvaart zelf is sober. Rouwbloemen gelden als overbodig uiterlijk vertoon. Men kiest vaak voor de tsedaka, een gift aan een goed doel.
  • Op de joodse begraafplaats liggen alleen joden begraven.
  • Het tijdstip van de begrafenis is overeenkomstig de Nederlandse wetgeving. Op de ‘sjabbat’, de wekelijkse rustdag op zaterdag, of op joodse feestdagen worden Joden niet begraven.
  • Bij het betreden van de begraafplaats dragen Joden en niet-joden een hoofddeksel: mannen een keppeltje of hoed, vrouwen een sjaal of hoed.
  • Voor de begrafenis/uitgeleide – de liewaja’ zijn er voorschriften. Tijdens de plechtigheid, vaak nog in het metaheerhuis, gaat de rabbijn voor in gebed en de chazan in het zingen van psalmen, stellen de orthodox gelovige mannen en vrouwen zich gescheiden op.
  • De rabbijn citeert al lopend psalmen en aangekomen bij het graaf schaart iedereen zich daar omheen. Onder het zingen van de psalmen brengt men de overledene naar zijn/haar laatste rustplaats.
  • De overledene wordt begraven met het hoofd in de richting van het oosten in een ‘eeuwigdurend graf’.

Bij het graf

  • Bij het graf laten de dragers de kist zakken en gooien alle aanwezigen 3 scheppen zand op de kist. Daarbij zeggen ze: “De stof keert terug naar de aarde, waaruit ze ontstaan is; de ziel echter keert terug tot God, die haar gegeven heeft”.
  • De aanwezigen verlaten het graf pas als deze helemaal met zand bedekt is.
  • Dan volgt een gezamenlijk gebed en een voordracht van het Kaddiesj (gebed voor de dode).
  • De aanwezigen vormen een rij aan twee kanten als symbool van steun. De rouwende familie loopt zo langzaam van het graf weg.
  • Bij het verlaten van de begraafplaats wassen de mensen ritueel hun handen.
  • Belangstellenden, joden en niet-joden, kennen het gebruik om op een graf een willekeurig steentje (de matsewa) te leggen als persoonlijk eerbetoon.

Bronnen en info:
Ten eerste: Bron en meer informatie:Nederlands-Israelisch Kerkgenootschap

Ten tweede: Meer Uitvaart Religie en Cultuur